Terug naar het overzicht

Wat moet ik doen bij een bedrijfsbeëindiging?

Overweeg je een bedrijfsbeëindiging? De passie is weg, je wil het iets rustiger aan gaan doen of je hebt meer tijd nodig voor andere dingen. Iedereen heeft zo zijn eigen redenen in een situatie als deze. Maar hoe pak je dit nou aan? Wat voor kosten komen hierbij allemaal kijken? En wat gebeurt er nu dan met het bedrijf? Wij hebben het even voor jou samengevat.

Stakingswinst

Of je je bedrijf nu opheft of verkoopt, je moet in allebei de gevallen de stakingswinst berekenen. Dit is het verschil tussen de boekwaarde en wat de waarde nu zou zijn bij een bedrijfsoverdracht. Oftewel, hoeveel is het bedrijf in waarde gestegen in de periode dat jij de eigenaar bent geweest. Helaas moet je over dit bedrag wel inkomstenbelasting betalen. Omdat het hierbij over een betrekkelijk groot bedrag gaat, zal het grootste deel van het bedrag waarschijnlijk in de 52%-schijf vallen. Bij het berekenen van de stakingswinst is het aan te raden een expert in te huren. Dit kan namelijk best ingewikkeld zijn. Denk hierbij aan de waardebepaling van het bedrijf en het vermogen. Verder zijn er allerlei wetten waar je rekening moet moet houden. Aan de andere kant zitten er wel verschillende bijzondere aftrekposten verbonden aan deze belasting.  

Stakingsaftrek

Je hebt eenmaal in je leven recht op de stakingsaftrek, wanneer je bedrijf stopt. Nu (2015) is dit €3.630,- In het boekjaar dat je stopt, mag je dit bedrag nog extra aftrekken van de winst. Hier zitten verder geen bepaalde criteria aan.  

Extra aftrek lijfrente

Een deel van de stakingswinst mag je gebruiken bij het betalen van je lijfrentepremies. Dit bedrag kun je dan van de winst aftrekken, voordat de belasting ervan af wordt gehaald. Over wat voor bedrag dit gaat, hangt af van je leeftijd en situatie.  

Overdragen

Of je jouw bedrijf of de bijbehorende bezittingen kunt overdragen, hangt af van de bedrijfsvorm. Bij een goedlopende bv kun je de aandelen doorverkopen. Wanneer je van plan bent een VOF, eenmanszaak of maatschap te staken, kan je opvolger de activa en de passiva gewoon overnemen. Je moet wel zorgen voor een goed due diligence-onderzoek, zodat je precies weet wat het bedrijf waard is. Er moet namelijk ook inkomstenbelasting betaald worden over de winst die je maakt op het verkopen van deze bedrijfsonderdelen.   Over het overgenomen onroerende ondernemingsvermogen dient de nieuwe ondernemer ook nog belasting te betalen, genaamd overdrachtsbelasting. Er zijn echter bepaalde situaties, waardoor je minder belasting hoeft te betalen over de stakingswinst van het bedrijf, namelijk:  

Een overname binnen een kleine kring

Wanneer het bedrijf wordt overgedragen aan je partner, een medewerker of een mede-ondernemer waar je minstens drie jaar mee samengewerkt hebt, wordt er gebruik gemaakt van de doorschuiffaciliteit. Bij bepaalde omstandigheden (bijvoorbeeld een faillissement of arbeidsongeschiktheid) kan deze periode ook nog verkort worden. Je bent nu niet verplicht de inkomstenbelasting te betalen over de stakingswinst. In dit geval wordt er door de nieuwe ondernemer ook gewoon verder gegaan met de oude boekwaarden van de onderneming. Dit ‘geruisloos doorschuiven’ moet echter wel door de Belastingdienst worden goedgekeurd.  

Een overdracht aan een B.V.

Wanneer je je bedrijf overdraagt aan een B.V. hoef je wederom geen belasting te betalen over de stakingswinst. Alleen ben je dan wel verplicht de aandelen die je in ruil voor het bedrijf ontvangt, ten minste drie jaar in je bezit te houden. Na deze termijn ben je vrij om met de aandelen te doen wat je zelf wil.

Verkopen tegen winstrecht

In plaats van meteen je bedrijf te verkopen, kun je je bedrijf ook overdragen tegen winstrecht. Je krijgt dan niet meteen al het geld, maar hebt dan wel recht op een bepaald percentage van de winst over een bepaalde periode. Je moet dan wel nog steeds belasting betalen over het winstpercentage dat jekrijgt, maar dit is vaak wel een stuk minder, doordat een kleiner deel van de betaling maar in de hoogste belastingschijf valt. Dit is vooral veel voordeliger, wanneer je de pensioengerechtigde leeftijd nadert, omdat je dan een lager tarief betaalt in de onderste schijven. Er zit echter één nadeel aan het verkopen tegen winstrecht: Het bedrag dat je krijgt hangt helemaal af van het succes van uw opvolger. Daarom moet je de onderneming dan ook alleen maar tegen winstrecht verkopen aan iemand, waarbij je vertrouwen hebt in een goede afloop. Ook kun je zelf nog als adviseur bij de de onderneming betrokken blijven bij de onderneming, zodat je nog wel een beetje invloed hebt op het succes van de onderneming, en dus ook het geld dat je eraan overhoudt. Zorg dat alle afspraken goed vastgelegd zijn.  

Verhuren

Ook is het mogelijk het bedrijf te verhuren in plaats van te verkopen. Helaas moet je dan wel inkomensbelasting over de huurinkomsten betalen. Je blijft op deze manier wel de ondernemer voor de Belastingdienst en je loopt het risico dat het bedrijf niet verhuurd wordt. Ook zul je alsnog de belasting moeten betalen over de stakingswinst, wanneer je besluit toch het bedrijf te verkopen. Als je alleen tijdelijk wilt stoppen of de financiering van je beoogde opvolger nog niet rond is, is verhuur zeker een goede optie. Zorg wel dat je een goed contract opgesteld hebt.

Investeringsaftrek?

Heb je misschien investeringsaftrek gekregen de afgelopen vijf jaar? Het kan zijn dat je hier een deel van moet terugbetalen. Verder moet je goed overleggen met de Kamer van Koophandel en de Belastingdienst of je jezelf uitschrijft wanneer je stopt met het bedrijf. Vergeet niet om eventuele lidmaatschappen bij handels- of productschappen op te zeggen en eventuele contracten met werknemers te laten ontbinden. Schakel hiervoor het UWV in. Ook contracten met leveranciers en klanten moet u laten ontbinden of naar uw opvolger over laten zetten, wanneer alle partijen hier goedkeuring voor hebben gegeven. Zorg ook nog dat je de bedrijfsverzekeringen tijdig opzegt. Over het algemeen is het aan te raden ongeveer een jaar te doen over een bedrijfsbeëindiging, zodat je genoeg tijd heeft om alles te regelen. Wanneer je wil gaan stoppen met een bv, kan dit proces iets langer duren, namelijk 3 tot 5 jaar.